TUINWEETJES

TIPS OVER TUIN- EN KAMERPLANTEN

zaterdag 11 april 2015

Aardbeienplanten verzorgen, oogsten en stekken




Aardbeien van de koude grond zijn de enige ware zomerkoninkjes. De ingevlogen Spaanse exemplaren, of de Hollandse kas aardbei zijn vaak half groen en te hard. Te weinig smaak en veel te stevig. De onderkant is al beschimmeld als de bovenkant nog groen en hard is (en dat ook blijft). Terwijl Spanje toch bij uitstek een geschikt land is voor de aardbeienteelt, vermoed ik dat het met Spaanse aardbeien net zo is gesteld als met veel Hollandse tomaten. Zij worden kunstmatig, en daardoor te snel voor de export gekweekt en verliezen daardoor veel aan smaak en aroma.

Toen ik,  in een ver grijs verleden, zwanger was van mijn oudste twee zoons (ja,ja een tweeling dus) heb ik in Estartit (Spanje) enorme hoeveelheden  aardbeitjes met slagroom verorberd. De aardbeien werden ter plaatse schoongemaakt, duurde even maar dan had je ook wat. Zo lekker en smaakvol; in niets leken zij op de grote half groene smakeloze exemplaren die momenteel weer volop in de winkel te koop zijn.

Uiteraard is het makkelijk om een grote pot met gekweekte aardbeien planten uit de winkel te plukken en als uitgangspunt ook geen slecht idee. Bij deze dus de gebruiksaanwijzing gezien vanuit de aangeschafte aardbeienplant en de zelf gekweekte.

Met een beetje groene vingers en wat geduld is deze smaak van aardbeien in eigen tuin of balkon weer terug te krijgen. Er zijn drie aardbeiensoorten. De 1 x dragende, de doordragende en de bosaardbeitjes. De 1 x dragende, geven alle aardbeien midden in de zomer, verwijder tijdens de bloei de stekken die met lange scheuten uit de plant groeien. Na de oogst kun je die laten zitten en laten wortelen door de stekken vast te pinnen met een ijzerdraadje. Als de stek goed geworteld is knip je de scheut door en zet je de plant in nieuwe verse grond. De nieuwe plant zal het volgend jaar gaan vrucht dragen.

Bij de door dragende aardbei blijf je de stekken verwijderen totdat de plant is uitgebloeid in de herfst. Eventuele stekken kun je altijd proberen te stekken in wat stekgrond.

De bosaardbeitjes worden uit zaad gekweekt en geven vrucht van midden zomer tot laat in de herfst.
Bosaardbeitjes verlangen in warmere streken een plekje in de half schaduw. In de Nederlandse zomers zullen zij een plek in de zon echter eerder op prijs stellen. Zaad kun je verkrijgen door enkele aardbeitjes te laten drogen en het zaad volgend jaar weer te gebruiken.

Alle soorten hebben een grote water behoefte, maar de pest aan natte voeten. Zij staan graag in de volle zon maar liever wel uit de wind.

Omdat de aardbeien slak, vogel, insect en virus gevoelig zijn nog een paar tips.
Er zijn matjes in de handel om onder de aardbeien te schuiven zodat onkruid en kruipende insecten geen kans krijgen. Hiervoor kan ook landbouwfolie of gewoon stro worden gebruikt. Dit voorkomt dat de aardbeien op de natte grond liggen en ten prooi vallen aan vraat en virus. Na de oogst kunnen de planten worden teruggesnoeid tot 10 cm boven de grond. De oude bladeren worden verwijderd om plaats te maken voor nieuwe. Een net over de aardbeien houdt vogelvraat tegen.
Houd de planten vrij van onkruid en gooi ze na 2 jaar weg. Gebruik nieuwe planten en zet ze op schone aarde. Dus het eerste jaar een stek, tweede en derde jaar een vruchtdragende plant en na het derde jaar de oude plant weggooien en verder gaan met de uitlopers.

In potten vervang je de aarde voor verse en in de volle grond verwijder je de bovenste laag om te vervangen voor verse aarde of zet de planten op een andere plek in de tuin. Plant aardbeien vooral niet te diep.

Als dat geen heerlijke aardbeien gaan worden!!!!