Afgelopen voorjaar was het weer de hoogste tijd voor het splitsen van de Strelitzia, de bladeren zakten alle kanten uit en er was weer duidelijk een splijtpunt. Routineklusje, dacht ik. Tot mijn grote schrik schoot echter één van de scheuten van de wortelkluit af en hield ik slechts drie bladeren in mijn hand, nog wel aan elkaar samengegroeid, maar zonder wortels.
Slechts één heel pieterig klein stukje wortel, niet groter dan een centimeter of twee zat nog aan de plant. Aiaiaiaiai, dat deed pijn.
Zoals meestal met planten kon ik het niet over mijn hart verkrijgen de plant in de compostbak te deponeren. Het was een super stek zeg maar, met bladeren van zeker een meter hoog.
Als wanhoopspoging heb ik ze eerst in het stekpoeder gedoopt en vervolgens in een pot met potgrond gezet, stok ernaast, touwtje eromheen, schietgebedje gedaan en in de serre gezet en overvloedig water gegeven. Tot mijn verbazing werden de bladeren niet slechter en tot mijn vreugde kreeg de plant na ongeveer 4 maanden, in 3 weken tijd 2 nieuwe bladeren en 2 nieuwe bloemen die momenteel op uitkomen staan.
Zo blijkt maar weer dat je nooit een plant te vroeg moet weggooien. Dat kan altijd nog maar dit resultaat had ik zelf nooit verwacht. De geamputeerde stek doet het nu trouwens beter dan de moederplant.